De kwestie 'Macedonië'

Voor ons in West-Europa was de kwestie Macedonië een beetje een ver-van-ons-bedshow. In Nederland was de impact van het conflict amper te merken, maar voor de Grieken en de Macedoniërs was het een conflict dat hen jaren en jaren bezig heeft gehouden. Op deze pagina leer je in het kort meer over het Macedonisch naamconflict.

 

Wie zijn de Macedoniërs in de oudheid?

De grote vraag in het conflict is eigenlijk wie de Macedoniërs zijn. In het noorden van Griekenland ligt een provincie met de naam Macedonië. Onder deze provincie valt bijvoorbeeld de stad Thessaloniki. In de oudheid was Philippus II koning van Macedonië. Hem kennen we nog van het Philippeion in Olympia en de graftombes in Vergina, maar natuurlijk ook als vader van Alexander de Grote. Deze heersers spraken een Grieks dialect een heersten over grote delen van de Balkan. Toen Alexander de Grote het Macedonische Rijk uit wist te breiden, wilden de Grieken de naburige Macedoniërs pas als 'echte Grieken' zien. Voorheen waren het eerder barbaren in de ogen van de zuidelijke Grieken.

 

In de Macedonische Oorlogen (derde eeuw na Christus) wist Diocletianus de Grieken en de Macedoniërs nogmaals te verenigen. Hij richtte twee provincies op: Macedonia I aan de Egeïsche Zee, waar de huidige Griekse provincie ongeveer te vinden is en Macedonia II, iets verder naar het noorden, waar een klein deel van de voormalig Joegoslavische republiek Macedonië ligt. Het grootste gedeelte van dit land lag echter in de provincie Dardania.

 

slavisch nationalisme

Wanneer het Romeinse Rijk in 395 uit elkaar valt, verschuiven de taalverhoudingen in de regio aanzienlijk. De migratie van Zuid-Slavische volkeren zorgt ervoor dat de regio Macedonië Slavische dialecten sprak.  Servië en Bulgarije vochten geregeld om het gebied. Eeuwen later, in de negentiende eeuw kwam er op de Balkan een nieuw nationalisme op. De Zuid-Slavische volkeren daar begonnen zich te identificeren met het Grieks-Macedonische erfgoed. Ze beschouwden Alexander de Grote als een van hen.

 

Het Ottomaanse Rijk raakte in die tijd langzaam maar zeker in verval. De Balkanliga, bestaande uit Servië, Montenegro, Bulgarije en Griekenland, belandde in een wedloop om de laatste onverdeelde stukken land, Albanië, Thracië en Macedonië, te claimen. In die tijd gold de wet 'Wie het eerst komt, wie het eerst maalt'. Vooral de Grieken wisten in deze Balkanoorlog van 1912 grote stappen te zetten. Ze veroverden Thracië en kwamen een uur voor de Bulgaarse troepen in Thessaloniki aan, waardoor de stad in Griekse handen viel en daarmee dus ook het zuidelijke deel van de regio Macedonië.  Albanië wist onafhankelijk te worden en de noordelijke delen van Macedonië werden tussen Servië en Bulgarije verdeeld. Een jaar later verloor Bulgarije tijdens de Tweede Balkanoorlog zijn volledige Macedonische grondgebied aan Servië en Griekenland.

 

Na de Tweede Wereldoorlog werd Macedonië een autonome deelrepubliek binnen Joegoslavië, net als Servië, Kroatië, Bosnië-Herzegovina, Slovenië, Montenegro en Kosovo. De taal, nauw verwant aan het Bulgaars, kreeg een semiofficiële status binnen Joegoslavië. Toen de communistische staat in de jaren '90 uiteen viel, riep Macedonië de onafhankelijkheid uit. Dit gebeurde in 1992, al liet internationale erkenning wel even op zich wachten. De Griekse protesten tegen de naam Macedonië waren hevig.

 

Griekenland versus 'macedonië'

Het voormalig Joegoslavische volk vond in 1992 dat het recht had op de naam Macedonië. Zij identificeerden zich met Alexander de Grote en zijn Macedonische Rijk. Turkije, Kroatië, Slovenië en Bosnië-Herzegovina besloten het land direct te erkennen onder deze naam. Ook Nederland overwoog de nieuwe republiek te erkennen, toen Europees Commissaris Hans van den Broek hier voor leek te pleiten. Jarenlang was Van den Broek de meest gehate man van Griekenland, tot hij afgelost werd door die andere Nederlandse politicus: Jeroen Dijsselbloem (lees hiervoor "Crisis na crisis"). De Verenigde Naties volgden in 1993, nadat er een 'kleine' aanpassing gedaan werd. Het land heette voortaan de Voormalig Joegoslavische Republiek Macedonië (VJRM). In het Engels 'Former Yugoslav Republic of Macedonia' (FYROM). De Grieken refereerden aan het land door het 'Fyrom' of 'Skopje', naar de hoofdstad, te noemen. De naam Macedonië gebruikten zij per definitie niet.

 

In Griekenland was er angst dat het gebruik van de naam Macedonië zou leiden tot expansiedrang onder het Slavische volk in het noorden. De Grieken zagen geen connectie tussen het Slavische volk en hun Alexander de Grote en waren bang dat het Slavische volk een territoriale claim zou doen op Grieks grondgebied, op basis van de erkenning van de naam Macedonië. Wat volgden waren drie decennia vol strijd, spanning en speldenprikken over en weer.

 

Als nieuwe staat wilde Macedonië zich graag aansluiten bij de NAVO en de Europese Unie. Keer op keer blokkeert Griekenland deze pogingen, met als eis dat eerst het naamconflict opgelost wordt. In Griekse ogen betekent dit niet meer dan dat de naam Macedonië opgegeven wordt. Ook van Macedonische zijde zijn er geregeld speldenprikken te ontdekken. Zo wordt de nieuwe luchthaven in Skopje vernoemd naar Alexander de Grote en wordt het centrum van de hoofdstad vol gezet met nieuwe standbeelden die doen denken aan de Griekse glorie uit de oudheid. Op cultureel vlak wordt er bijvoorbeeld gekozen voor een Songfestivalinzending in 2013, waar de zangers zingen over "Imperija" ('Keizerrijk') terwijl ze te vinden zijn rond standbeelden van Alexander de Grote.

 

Een grote speldenprik was de nieuwe vlag van de Republiek Macedonië. Zij kozen ervoor om de Zon van Vergina hier af te beelden. Deze Zon was het symbool van Alexander de Grote en werd ook gevonden op de kist met botten van Philippus II, die in Vergina ontdekt werd. De Zon van Vergina geniet de status van nationalistisch symbool in de Griekse regio Macedonië en is van groot belang voor de Griekse identiteit aldaar. In Vergina en Thessaloniki zul je deze vlaggen ook heel uitgebreid tegenkomen. Rechts zie je de vlag van Grieks-Macedonië, met daaronder de vlag van de Republiek Macedonië. In 1995 besloot de Republiek Macedonië, onder grote internationale druk, de vlag aan te passen. Het nieuwe ontwerp was geïnspireerd op de Zon van Vergina, maar bleek acceptabel voor de Grieken.

 

prespes-akkoorden

Na jaren van overleg kwam het in 2018 eindelijk tot een akkoord tussen de Republiek Macedonië en Griekenland. Alexis Tsipras, premier van Griekenland en zijn Macedonische collega Zoran Zaev sloten bij het Prespameer een akkoord over de nieuwe naam. In beide landen was fel protest tegen de akkoorden en via een referendum werd nog geprobeerd de naamswijziging tegen te houden. Na lang overleg werd besloten dat de voormalig Joegoslavische republiek Macedonië vanaf februari 2019 de naam "Republiek van Noord-Macedonië" zou aannemen. Verder werd in de akkoorden opgenomen dat de Macedoniërs nooit aanspraak konden maken op de Griekse regio. Daarnaast is in het akkoord opgenomen dat beide landen een ander begrip hebben van de term 'Macedonië'. Voor Grieken gaat het om het culturele, historische en maatschappelijke erfgoed uit de Griekse oudheid, het noordelijk deel van hun land en de inwoners ervan. Voor Noord-Macedonië gaat het om het geografische gebied, de taal en de bevolking, die in erfgoed duidelijk verschillen van de Grieken.

 

Hoewel de akkoorden de deur voor Noord-Macedonië open zetten richting de Europese Unie en betere betrekkingen met Griekse bondgenoten, werden ze zeker niet met enthousiasme begroet in beide landen. In zowel Griekenland als Noord-Macedonië werden de akkoorden gezien als nederlaag, al heerste er in Noord-Macedonië ook opluchting dat het conflict eindelijk beëindigd werd. Voor Alexis Tsipras en Zoran Zaev betekenden de akkoorden wel het einde van hun regeerperiode: Beide linksgeoriënteerde politici werden niet herkozen in de meest recente verkiezingen en werden opgevolgd door conservatievere politici. Wel werden ze genomineerd voor de Nobelprijs voor de Vrede, maar helaas wonnen ze niet.